Tik-tak-tik. Ik hoor mijn wekker al uren. In het donker lijkt zijn feloranje kleur wel bruin. De wijzers zeggen me dat het pas tien voor vijf In de ochtend is. Vanaf zijn vaste plek aan de muur zie ik David Cassidy stralend naar mij lachen. Zijn hagelwitte tanden – en één gouden waar ik de punaise heb geduwd – lichten op als een baken in de nacht.
Ik til mijn hoofd omhoog en luister geconcentreerd naar de nachtelijke geluiden. Buiten raast de wind. Binnen giert de spanning door mijn keel. Ik hou het niet meer en trek laken en deken met een ruk van me af. Op mijn tenen loop ik de trap af. Mijn zesjarige rikketik bonst steeds harder. Nu weet ik ineens wat ze bedoelen met vol verwachting klopt ons hart. Ik hoop vurig dat ik ze niet stoor terwijl ze nog bezig zijn.
De laatste tree kraakt ondanks mijn vederlichte gewicht. Ik blijf stokstijf staan en luister. Niets of niemand roert zich in het verder doodstille huis. De kust is veilig. Ik loop nu in de hal. Ineens raken mijn blote ijskoude voeten verstrikt in iets. In het schemerdonker zie ik plukken hooi. Hooi! Mijn hart zit nu ongeveer in mijn keel of daarboven.
Niet in staat om me nog in te houden stort ik me op de deur en gooi die open. Ik sta moederziel alleen in de kille, schaars verlichte woonkamer. Mijn ogen gaan als vanzelf naar de grote open haard in het midden. En dan sperren ze zich wijd open, net als mijn mond. Ik voel een vreemde hitte opstijgen naar mijn wangen.
Mijn suikerklontjes en tekeningen zijn verdwenen. Iets wat groter is dan ik kan bevatten heeft ze omgetoverd in zachtjes goud, groen en roze glimmende chocoladekikkers. Geluk proefde nog nooit zo zoet.
© Pascale Bruinen
Ik ben heel benieuwd naar jouw mooiste herinneringen aan het feest van Sinterklaas. Van vroeger, of misschien net heel recent, via je eigen kinderen.