Wabi sabi

Nee, wabi sabi is niet een extreem pittig sushigerecht, een niet eerder bekend geworden Star Wars figuur of een of ander Arabisch emiraat maar een Japanse levensfilosofie die uitgaat van een drietal principes: niets is voor eeuwig, niets is ooit af en niets is perfect. En laat ik nou precies het tegendeel hiervan iedere dag najagen.

Want als ik gelukkig ben, wil ik liefst dat er nóóit meer iets verandert, als controlfreak annex Lena Lijstje ben ik compleet verloren zonder mijn ellenlange opsommingen van dingen die ik bijna dwangmatig moet afhandelen (vink! vink! vink!) en van huis uit ben ik juist een perfectionist die altijd alles in orde wil hebben.

Sinds ik vijftig ben, heb ik besloten dat het goed is dat ik eindelijk eens uit mijn comfort zone kom. Misschien dat ik daarom net een vreemde aantrekkingskracht voel als ik stuit op dit soort intrigerende en o zo ver van mijn persoontje af staande denkbeelden.

Hoewel moeilijk te vertalen, betekende wabi oorspronkelijk zoiets als het alleen leven in de natuur, ver van de beschaafde wereld en stond sabi voor verschrompeld, doorleefd. Later kreeg wabi meer de betekenis van rustieke eenvoud, stilte of minimalistische elegantie. Toegepast op voorwerpen ziet het woord op onregelmatigheden die bijdragen aan het unieke karakter ervan. Sabi omschrijft de schoonheid van een object waaraan je de ouderdom en dus zijn eindigheid af kunt zien, bijvoorbeeld door slijtage of reparaties.

Al surfend op het net stuit ik op de site www.simplifylife.nl, die de Amerikaanse Japanoloog Leonard Koren aanhaalt. ‘Wabi sabi vind je niet in de natuur op momenten van bloei en overdaad, maar juist op momenten van teruggang en soberheid. Wabi sabi gaat niet over schitterende bloemen, majestueuze bomen of meeslepende landschappen, het gaat veeleer over het kleine en verborgene, het weifelende en vergankelijke; dingen zo subtiel en voorbijgaand dat ze onzichtbaar zijn voor de alledaagse blik.’

Prachtig gezegd. En wellicht eens de moeite waard om mijn blikveld op deze voor westerlingen toch vrij onorthodoxe wijze te verruimen. De website citeert ook Christopher Weidner, schrijver van het boek “Niet perfect en toch heel gelukkig”: “Wabi sabi voorwerpen kunnen je helpen het perspectief van je huidige leven te veranderen als je de tijd neemt ze op je in te laten werken. Ze herinneren je aan het feit dat je niet op alles een antwoord hoeft te hebben, dat schoonheid vaak in details zit en zich in de onvolkomenheid van de wereld manifesteert. Ze tonen je dat je problemen van voorbijgaande aard zijn en dat je op het verloop van de tijd kunt vertrouwen. En ze bewijzen dat jij uniek bent, juist omdat jouw tekortkomingen je van alle anderen onderscheiden”.

Het mooie in het vergankelijke en onvolmaakte zien, dát is dus de kunst van wabi sabi. Maar hoe doe ik dat? Ik wil best ver gaan buiten mijn comfort zone, maar als ik wabi sabi alleen kan bereiken door trommelend en met een kaalgeschoren kop in vale oranje-rode-roze vodden op sandalen (!) door de straten te gaan lopen, trek ik daar toch echt de grens.

Maar nee, gelukkig is een bekering tot Hare Krishna niet nodig. Want ik beleef een authentiek aha-moment (én realiseer me ontgoocheld dat ik met mijn eeuwige to do lijstjes juist helemaal verkeerd bezig ben) als ik lees wat Weidner verder over dit onderwerp schrijft: “In een leven vol verplichtingen ontbreekt wabi sabi want dat zit juist verstopt in de tijdleemtes waarin niets anders bestaat dan de schoonheid van het moment: herfstbladeren die door de straat dwarrelen, water dat glinstert in de zon. Dan komen we los van onze plannen opeens weer in contact met de schoonheid en het unieke van iets wat nu gebeurt. In feite moeten we dan niets anders doen dan de tijd stoppen en ons met al onze zintuigen op dat moment concentreren.”

Ha! Dát kan ik toevallig ook. Sterker nog, dat deed ik intuïtief al lang (lees voor bewijs van deze stelling maar eens mijn column “Wake up and smell the roses” op deze blog). Die is alvast binnen. Vink! Of nee, vergeet dat ik dit geschreven heb.

Wabi sabi gaat er verder van uit dat je nooit iets afkrijgt: “Het gaat erom dat je dat wat je doet, van ganser harte doet. Door jouw hand wordt iets uniek. En omdat het uniek is, zal het onvolmaakt zijn. Perfectie sluit verandering en ontwikkeling uit en is het tegengestelde van het leven.”

Tja, daar zit wel wat in. Bovendien heb ik ook hierover nog niet zo lang geleden al een column geschreven (zie “Kairos”).

Ik ben dus wel al een stukje op de goede weg. En als ik de eerstvolgende keer bij fel licht in mijn vergrotingsspiegel kijk en een gil van ontzetting wil slaken bij het zien van een nieuwe kraaienpoot, zal ik in plaats daarvan volmaakt rustig en tevreden mijn nieuwe mantra aanheffen: “Schoonheid zit in het onvolmaakte en vergankelijke”.

Dat belooft nog wat voor de toekomst.

© Pascale Bruinen

wabi sabi1wabi sabi

6 gedachten over “Wabi sabi

  1. Bijzonder verhaal hoor.
    Beter is de vijand van goed.
    Start maar met het doen!
    Vervolmaken komt op den duur.
    Wat of wie is volmaakt?
    Wees tevreden.

    Goede zomer!
    Al is dit wel erg heet!
    Ik had met minder
    een supervakantie!

  2. Hier nog een miss lijstje, maar ik ben er nog niet aan toe om dat op te geven :-),……maar er is absoluut verbetering in zicht, gelukkig maar en ik durf al eens eerst voor mezelf kiezen ipv mijn lijstje en dat is de schoonheid voor mij!

  3. Geweldig geschreven. Ik moet dit onthouden voor momenten dat ik ook weer aan het afvinken ben. Het is best wel lastig om een balans te vinden. Ik plan op mijn to-do lijst ook momenten met “niks” in. Dat helpt wel. (1 uur niksen □) Kan ik dat toch maar mooi afvinken!

    • Hoi Romana, dát is werkelijk een ge-wel-dig idee, een to-do lijst met niks-momenten! Geniaal gewoon! Dat lijkt me the best of both worlds…Dank voor je super tip en een fijn weekend gewenst!

Plaats een reactie