Verdacht op het Vliegveld

Ik weet niet hoe jij erover denkt, maar ik kan niet wachten totdat eindelijk die achterlijke beperkingen voor de handbagage bij vliegreizen worden opgeheven.

Sinds die keer dat die ene malloot een vloeistof aan boord heeft gesmokkeld die kennelijk in combinatie met een ander vloeibaar goedje een explosief mengsel opleverde, zijn de regels – tot mijn oneindig chagrijn – flink aangescherpt.

Begrijp me niet verkeerd: natuurlijk wil ik dat vliegen zo veilig mogelijk is. Maar of je dat met dit soort draconische maatregelen ook bereikt is vers twee. Bovendien gaat ons “bevallige” duo Valerio Zeno en Dennis Storm in Proefkonijnen wellicht nog bewijzen dat je ook een explosief met maximaal 100 ml vloeistof kunt maken. Enfin. Als ik op vakantie ga, en dat gebeurt nog wel eens, ondervind ik er in ieder geval alleen maar nadelen van.

Zo zit ik altijd te pielen met die tien flesjes van maximaal 100 ml waar ik dan de inhoud van diverse andere flessen in over moet gieten. En dan maar zien hoe ik ze allemaal in dat doorzichtige plastic tasje krijg gewurmd. Gewoon stom!

En dan dat geëmmer met nagelvijltjes, schaartjes, scheermesjes en pincet. Niks van dat alles mag in de handbagage, want stel je voor ik zou die al te harige wenkbrauwen van de piloot eens willen epileren midflight. Dát is pas gevaarlijk. In vergelijking met dit giga veiligheidsrisico valt zelfs de kerosinegierigheid van een zekere Ierse prijsvechter totaal in het niet.

Ondanks dat er zoveel waarschuwingsborden hangen over verboden spullen dat zelfs lijders aan Alzheimer de boodschap niet zouden kunnen vergeten, beklijft het lang niet bij iedereen. Zo keek ik onlangs raar op toen ik bij de controle achter een boomlange kerel in de rij stond die doodleuk een groot mes bij zich bleek te hebben. En ook nog, ik lieg niet, verontwaardigd was toen hij het moest inleveren. Hmmm, wat zou hij daarmee nu aan boord hebben willen doen? Zijn tandsteen verwijderen?

Uiteraard hou ík me altijd keurig aan de regels. En ging er voetstoots van uit dat de rest van het gezin dit ook zou doen. Not so.

Flashback naar een aantal jaren geleden. We vliegen met de kids naar Mallorca. Mijn tienjarige dochter wil haar hele hebben en houden meenemen als handbagage (goh, van wie zou ze dat toch hebben?). Geduldig leg ik haar uit dat ze het zal moeten doen met haar rugzak. Opgewekt propt ze die vol met spulletjes om zich mee te vermaken aan boord.

Bij de controlepost aangekomen vraagt een beveiliger geroutineerd aan mij of we geen verboden spullen in de tassen hebben. Blakend van zelfvertrouwen verzeker ik hem van niet en geef hem mijn stralendste glimlach. Een medewerker zit ondertussen verveeld op zijn schermpje te turen. Ineens zie ik dat deze rechtop gaat zitten. Zijn ogen vernauwen zich. Als hij nog een paar seconden op het scherm heeft gekeken, zie ik dat hij aanwijzingen geeft aan een collega.

Ik sla het tafereel met stijgende ongerustheid gade. Hier word ik nu zenuwachtig van. Túúrlijk, ik weet dat we niks verbodens bij ons hebben, maar toch. Waarom kijkt die man zo raar? En – oh God! – waarom wordt mijn dochters rugzak ineens van de band geplukt? Ik probeer te slikken maar dat lukt niet erg met een  mond die ineens kurkdroog is geworden.

De uitpuilende rugzak van dochterlief wordt tergend langzaam en met veel vertoon leeggehaald. Tot mijn eigen verbazing en die van het gretig toekijkende publiek zie ik een onwaarschijnlijke hoeveelheid spullen uit het ding komen. Nadat de arme kerel al drie knuffels, een kaartspel, een pet, een zakje knikkers, een tennisbal, een notitieblokje en diverse boekjes uit de rugzak heeft gehaald, komt haar schooletui tevoorschijn. De man opent het en – néé hè! – haalt daar doodleuk een enorme schaar uit, die hij demonstratief aan mij (en de rest van de rij achter me) laat zien.

Ik voel dat ik een hoofd krijg als een biet. Net als dochterlief trouwens. Ik stamel dat ik dit écht niet wist. De man, gewend als die ongetwijfeld is aan de meest uiteenlopende rotsmoezen waarvan dit met afstand de állerslechtste is,  kijkt me alleen maar meewarig aan. De schaar wordt met veel tam tam geconfisqueerd. Na nog de nodige vermanende woorden nederig te hebben geïncasseerd mogen we eindelijk verder lopen.

En terwijl ik met gebogen hoofd zo snel mogelijk richting gate loop, voel ik de ogen van de andere passagiers in mijn rug prikken.

Verdacht op het vliegveld.

Daar gaat mijn reputatie als brave luchtreiziger.

© Pascale Bruinen

Verdacht op Vliegveld

Ook eens zo’n gênant moment meegemaakt? Laat dan hier een reactie achter en deel het met anderen.

Bange Momenten Met Ryanair

Na een heerlijk lang weekend Barcelona zitten mijn man en ik klaar voor de start in het Ryanair-vliegtuig dat ons huiswaarts moet brengen. We hebben geluk want we zijn er voor het eerst in geslaagd om de felbegeerde stoelen bij de exit te bemachtigen, recht boven de vleugel. Daarbij had ik altijd het beeld voor ogen dat je, gezeten aan de exit, ook als eerste het vlieguig zou kunnen verlaten bij onraad. Dat wil zeggen, totdat de stewardess ons aanspreekt dat wij – als de nood aan de man zou komen – geacht worden haar te helpen om iedereen te evacueren. Dat betekent, zo verduidelijkt ze terwijl ze ons streng aankijkt, dat wij samen met de crew de allerlaatsten (!!!) zijn die het vliegtuig mogen verlaten.

Wij moeten deze mededeling even verwerken, maar we zijn daarin niet de enige. “Shit”, horen we luid en duidelijk achter ons, komend van drie jonge knullen die bij de andere exit zItten. Er wordt wat zenuwachtig gelachen. Dan roept eentje dat hij in geval van nood wel een baby van iemand afpakt om toch als eerste de glijbaan af te kunnen zoeven. Ook een idee.

Inmiddels is het tijd voor vertrek. Het vliegtuig start de motoren en wordt  achteruit geduwd. Veel verder dan een meter of dertig op het tarmac komt het echter niet want daar is de stem van de captain. Wat hij zegt, doet het bloed in mijn aderen stollen. Er komt namelijk een signaal binnen dat de rechtermotor brandstof lekt. Laat dit even tot je doordringen. Hete motor – lekkende leiding – hoog brandbare kerosine. En laat het toeval nu willen dat ik van iedereen aan boord zo ongeveer het allerdichtst op die rechtermotor zit!

De gezagvoerder legt uit dat er een technicus aan te pas moet komen en dat er geen safety issues zijn omdat de motoren zijn uitgezet. Geen safety issues? Ik ben daar op mijn plekje op de eerste rang niet zo zeker van.

Dus volg ik alles van zeer nabij met argusogen. En ja hoor, daar komen de technici aanrijden in een klein autootje. Zonnebril, kekke overall, jong. Bij nader inzien wel heel erg jong, in ieder geval toch voor technici die een potentieel levensgevaarlijk probleem moeten gaan verhelpen. Ze zijn met zijn vieren en lopen om de motor heen. Veel gezwaai met armen, zonnebril af en weer op, de panelen van de motor worden omhoog gedaan en ontbloten naar mijn smaak veel te veel draden, leidingen en kabels.

Omdat ze onder de openstaande kleppen van de motor aan het werk zijn, kan de controlfreak in mij helaas niet zien wat ze wel of niet doen. Na wat een eeuwigheid lijkt, komt de captain over de intercom en deelt doodleuk mee dat volgens protocol de motoren vijf minuten moeten gaan proefdraaien. Proefdraaien, met alle passagiers erin. Ik vraag me acuut af welke randdebiel dit soort protocollen bedenkt. Als het lek niet verholpen is, kan ik me  voorstellen dat de motor ontploft of in ieder geval in brand vliegt.

Ik doe voor de zekerheid mijn veiligheidsriem af, klaar om het vliegtuig uit te stormen bij het minste of geringste (steek)vlammetje. Hoewel, alle deuren zijn dicht en mijn exit gebruiken zou sowieso geen goed idee zijn. Die vijf minuten lijken eindeloos te duren. Ik let geconcentreerd op de monteurs die vanaf een veilig afstandje toekijken en realiseer me then and there dat mijn leven en dat van alle anderen aan boord in handen ligt van deze onbekende mensen.

Ik fluister mezelf in vertrouwen te hebben, maar veel helpt dat niet. Eén inschattingsfout (al dan niet door een kater van het stapavondje ervoor) en het kan helemaal fout gaan. Ik voel me overgeleverd.

Waarschijnlijk denken meer mensen dat want het is doodstil aan boord. Maar al snel klinkt de mededeling dat de motor normaal heeft gedraaid en dat we dus gewoon met dit vliegtuig kunnen terugvliegen. Dat is niet wat ik wil horen. Ik had graag een ander, lekloos, toestel gekregen. Immers, vijf minuten draaien zonder problemen hoeft nog niet te betekenen dat de motor het ook ruim anderhalf uur volhoudt zonder te lekken.

Het moment dat de motoren op volle sterkte brullen voor de start is erg beangstigend. Maar de motor houdt stand, lekt niks en wij bereiken onze bestemming verder probleemloos.

Een onvergetelijk einde van een onvergetelijk weekend.

© Pascale Bruinen

Wie heeft nog meer van dit soort horrorstories voor ons in petto? Deel ze hier, dan kunnen we samen huiveren!