De dag die ik wist dat zou komen (2)

Vandaag is het zover. Mijn dierbare Catalpa wordt gerooid. Een geluk bij een ongeluk is dat de persoon die deze flinke klus moet gaan klaren, een echte “bomenman” is. Toen hij hoorde wat deze boom voor mij betekent, zag ik in zijn ogen dat we elkaar woordeloos begrepen.

“Ik wil graag delen van zijn stam behouden om een beeld van een uil op te zetten. En ik hou ook liefst stukken van zijn wortels en wat takken hier”, zeg ik.

“Zeker, dat komt in orde. Ik zal hem mooi recht afzagen”.

Mijn maag trekt zich samen.

“Dank u. Dat is fijn”.

Als hij zijn veiligheidsbril opzet, behendig via een ladder in de boom klimt en aanstalten maakt om de zaag aan te zetten, vlieg ik naar binnen. Een paar seconden later hoor ik het ronkende geluid waar ik zo tegenop zag. Ik vlucht naar boven, maar ook daar hoor ik het nog overal. Ik loop naar de badkamer en doe de deur dicht. Ondanks mijn vaste voornemen om niet emotioneel te worden, voel ik dat mijn ogen nat worden. Even later hoor ik Han naar boven komen. Als hij me gevonden heeft, pakt hij me even stevig vast.

“Ik vind het ook erg”, hoor ik hem in mijn haren mompelen.

“Nu komt de uil nooit meer terug”, zeg ik.

“Dat weet je niet”.

Ik maak me los uit zijn omhelzing en pak een tissue. Ik besluit toch maar naar de sportles te gaan, al betekent dat wel dat ik mijn huilogen wat moet bijwerken.

Anderhalf uur later zet ik me schrap voor de eerste aanblik. Als ik de tuin inloop, zie ik dat er alleen nog een laatste stukje van zijn stam over is. Overal liggen grillige stukken wortel, takken en zaagsel. De tuin is op slag een stuk kaler. Ondertussen is iemand met een graafmachine bezig de rest van de enorme stronk uit te graven. Als ik die zielloze massa gekliefde wortels zie, voel ik de tranen weer komen.

De bomenman, die naast me staat, ziet het. Hij kijkt me aan en zegt: “Meid, het is goed zo.  Ik heb met hem gepraat”. Zou ik dit vroeger een ronduit belachelijke opmerking hebben gevonden, nu klinkt het eigenlijk alleen maar troostrijk.

“Ik ben zo blij dat u hem heeft gekapt. Als het iemand moest doen, dan u. Dank u wel.” In een impuls omhels ik hem. Hij klopt me vaderlijk op mijn schouder.

De man heeft woord gehouden en de stam prachtig doorgesneden. Eén langer stuk, waar het beeld van de uil op kan, en een kleiner stuk waar ik misschien te zijner tijd nog een houtsnijwerk van wil laten maken. Maar hij heeft ook een robuuste driesprong van takken bewaard en mooie schijven gezaagd die we kunnen schuren en polijsten. Han heeft nog wat van zijn peulen veiliggesteld, daar zitten prachtig gevormde zaadjes in. Ik duw vijf stuks in een potje grond. Wie weet komen er ooit nog nakomelingen uit voort.

Op mijn verzoek veegt Han het zaagsel bij elkaar en doet dit in een bak. Ik duw prompt mijn neus erin en snuif een zoete houtgeur op.

Als ze later allemaal vertrokken zijn, ben ik doodop terwijl ik alleen maar koffie heb gezet en heb toegekeken.

Mijn boom is niet meer.

Maar hij blijft altijd in mijn hart.

© Pascale Bruinen

IMG_8313IMG_8314IMG_8357

Oud…en nieuw!

 

 

 

 

 

 

De dag die ik wist dat zou komen (1)

Het is zover. De “dag die ik wist dat zou komen” is gearriveerd. Mijn allermooiste en dierbaarste Catalpa wordt vandaag gerooid.* Niet omdat hij ziek is, maar juist omdat hij heel gezond en dus erg sterk is. Zijn majestueuze gestalte heeft, ondanks (of dankzij?) jaarlijkse snoeibeurten, geleid tot een zodanige wortelgroei dat hij meer dan de helft van onze achtertuin ontwricht.

Natuurlijk zag ik het al langer aankomen. Al een paar jaar geleden viel me op dat de bestrating her en der omhoog kwam. Sommige stukken werden schots en scheef. Maar niemand mocht aan mijn boom komen. Want dit is de boom waar twee jaar geleden een echte uil in heeft gezeten, een moment dat mijn hele leven op de kop heeft gezet. ** Hem weg laten halen omdat hij wat stenen omhoog duwde was ondenkbaar.

Tot een maand of twee geleden, toen ik nietsvermoedend de deur van ons schuurtje wilde openen en niet verder kwam dan een centimeter of dertig. Toen ik geschrokken naar de grond keek, zag ik dat de bestrating ook hier omhoog kwam. Slechts met de grootste moeite kon ik nog de schuur binnen.

Met angst in mijn hart bel ik een boomchirurg. Als die komt kijken, heeft hij geen goed nieuws. Het wortelgestel is zo wijd vertakt, dat hij al dichtbij de fundering van het huis zit. Snoeien helpt niet meer, hij moet eruit. Als hij mijn blik van ontzetting ziet, worden zijn ogen zachter. “U zou er voor kunnen kiezen om het nog een paar maanden uit te stellen. Maar daar lossen we het probleem niet mee op”.

Ik voel dat ik dreig vol te schieten, dus haast ik me naar binnen. Door de gesloten achterdeur hoor ik Han in het kort uitleggen waarom deze boom zo belangrijk voor me is. Door een waas zie ik hem begrijpend knikken.

In de weken erna maak ik foto’s van mijn boom, bewaar ik de bladeren die hij gewillig laat vallen en kan ik minutenlang dromerig staren naar zijn prachtige vorm. Mentaal ben ik al een hele tijd afscheid van hem aan het nemen. Ik zie er als een berg tegenop, daarom wil ik het liever achter me hebben. Maar we moeten eerst een nieuwe boom uitkiezen. Het duurt een hele tijd voordat ik daar zin in heb, het voelt als verraad. Ik wíl immers geen andere, ik wil alleen maar deze.

Maar uiteindelijk hebben Han en ik een klik met een hele mooie Acer Rubrum (Red Sunset), die de ondankbare taak heeft een waardige vervanger van mijn Catalpa te worden.

Dus is de boomchirurg vandaag terug, maar dit keer met een kettingzaag. Eigenlijk wilde ik helemaal niet thuis zijn als het gaat gebeuren, maar kennelijk moet het zo zijn. Han wenkt me naar buiten en ik raak aan de praat met de man. Hij heeft een hele zachtaardige uitstraling. In zijn ogen zie ik dat hij echt om bomen geeft en dat ik eigenlijk niets hoef uit te leggen. Dit is een man naar mijn hart.

Hoe anders dan die Ziggomonteur die laatst hier was en bij het zien van mijn prachtige orchideeën plompverloren vertelde dat hij “helemaal niets” had met bloemen. Volgens Deepak Chopra, arts, spiritueel leider en bestsellerauteur, is ieders spirituele pad perfect. Bij dat van de Ziggomonteur plaats ik desalniettemin de nodige vraagtekens.

“Bomen zijn levende wezens. Mensen die één zijn met de natuur voelen dat tot diep in hun binnenste. Dat is alleen maar mooi. Laatst nog was ik bij een mevrouw waar een notenboom stond die ziek was. Die boom had haar overleden man nog geplant. Zij was ook erg emotioneel toen die weg moest. Ik doe dat met respect”, zegt mijn nieuwe held.

Ik geloof hem en voel me op slag rustiger worden.

Maar toch vrees ik het moment dat hij de zaag ter hand zal nemen.

© Pascale Bruinen

*Zie column “Botox Boom”

** Zie columns “Jaar van de Uil (1) en (2)”

 

IMG_8294

Volgende week lees je hoe het mij verder is vergaan…

 

The Normal One (2)

Eén keer heb ik José Mourinho, de voetbaltrainer van wie ik spontaan rode vlekken in mijn nek krijg, in het echt mogen zien en wel tijdens de voetbalklassieker FC Barcelona-Real Madrid in november 2010.

Destijds was hij net teruggekeerd van een schorsing van twee wedstrijden voor heftige kritiek op de scheidsrechter. Tijdens deze kraker mocht hij voor het eerst weer in de dugout zitten.

Vanuit die positie kon hij haarfijn zien hoe zijn team in deze clásico tijdens een ongekend staaltje voetbalschoonheid met 5-0 in zijn hemd werd gezet door de Catalanen. In het begin ijsbeerde hij nog langs de lijn op en neer, zijn karakteristieke weidse en dramatische handgebaren makend. Een aantal keren vloog hij uit zijn dugout om spelers van Barcelona van nabij uit te dagen, hetgeen leidde tot een oorverdovend fluitconcert en de nodige heibel op het veld.

Na de 3-0 bleef hij vooral op de bank zitten. Omdat hij eerder publiekslieveling Lionel Messi ervan had beschuldigd dat deze zich tijdens een Champions League wedstrijd tegen Chelsea had aangesteld, scandeerde het thuispubliek dit keer luidkeels dat Mourinho zelf toneel speelde.The Special One kon het alleen maar lijdzaam aanhoren. Mijn leedvermaak was, hoe kon het ook anders, groot.

Fast forward naar afgelopen oktober. Mourinho is begonnen aan zijn derde seizoen bij Chelsea en beleeft zijn slechtste start ooit. Maar de reuring in de pers gaat desondanks misschien nog meer over de Duitse trainer Jürgen Klopp. Klopp, innig geliefde coach van het robuuste Borussia Dortmund, slaagde er in 2011 en 2012 in zijn club kampioen van Duitsland te maken en haalde in 2013 zelfs de finale van de Champions League, die toen nipt werd verloren van Bayern München.

Op 8 oktober j.l. tekent hij een contract bij FC Liverpool, dat net als Dortmund een echte volksclub is. Het past Klopp als een warme jas want hij is ook wars van uiterlijk vertoon en kapsones. Daar waar Mourinho steevast strak in haute couture kostuum met driekwart lange jas langs de lijn staat, is Klopp immer gehuld in een doodgewoon trainingspak. Hoewel Klopp een hartstochtelijk trainer is die intens meeleeft met het wel en wee van zijn ploeg, is hij wél in staat alles te relativeren. Maar, belangrijker nog: hij lijkt oprecht plezier te beleven aan zijn werk.

Ik was dus erg benieuwd naar de clash tussen deze beide extremen, zeker nu Mourinho op de vijftiende plaats staat met 11 punten uit 10 wedstrijden. Als je een niet met name genoemde speler van Chelsea moet geloven is de sfeer inmiddels zo verziekt door zijn tirades dat deze voetballer liever verliest dan wint voor zijn trainer.

Klopp, altijd in voor een lolletje, had zichzelf bij zijn komst naar Engeland alvast in de underdogpositie gemanoeuvreerd door zich als The Normal One te betitelen. Nodeloos te zeggen dat de gehele Engelse pers, zowel de serieuze als de tabloids, vervolgens totaal losging. Klopp was erin geslaagd zich al onsterfelijk te maken bij de Liverpool aanhang  voordat er ook maar één wedstrijd onder zijn leiding was gespeeld. Misschien ook een geslepen staaltje marketing want sindsdien zijn de voetbalshirts en andere artikelen met deze benaming niet meer aan te slépen.

Ik vind het ondertussen helemaal geweldig. En kon vorige week mijn lol dan ook niet op toen Klopp meneer zuurpruim in eigen huis met 3-1 klop had gegeven.

Hoe special is dat?

© Pascale Bruinen

The normal one 4

De felbegeerde kaartjes…

 

The Normal One 2 (verbeterd)

Het is bijna niet te zien maar links naast de zijlijn, ter hoogte van de bal, staat The Special One met zijn grijze broek en donkere jas, uitlokker van het opstootje op deze foto tijdens de clásico.

the normal one 3

Helemaal happy op de tribune ..

The normal one 5

The Normal One (1)

Het kan bijna niet anders of er moeten meer mensen zijn die momenteel genieten van de teloorgang van The Special One, a.k.a José Mourinho, tegenwoordig (weer) trainer van de Londense voetbalclub Chelsea. Volgens overlevering zou hij zichzelf met deze megalomane titel hebben gekroond omdat hij oprecht gelooft dat zijn klinkende successen als voetbaltrainer hem ver doen uitstijgen boven gewone mensen zoals jij en ik.

Ok, toegegeven: ik ken dhr. Mourinho niet persoonlijk, dus zou ik niet moeten (ver)oordelen. Maar ondanks dat ik inmiddels ruim een jaar mediteer en dus beter zou moeten weten, kan ik het in dit speciale geval toch niet laten. Nu maar hopen dat Deepak Chopra me deze uitglijder kan vergeven.

Want o, wat zit dit zelfingenomen heerschap in mijn allergiezone. Vanaf het begin heb ik me groen en geel geërgerd aan zijn hautaine manier van doen. Toen de karaktereigenschap zelfspot werd uitgedeeld, stond Mourinho als allerlaatste in de rij. Uitdagen, sarren, anderen kwetsen of belachelijk maken en onsportief gedrag binnen en buiten het veld lijkt hij tot kunst te hebben verheven. Wat dit doet met de mentaliteit van de – soms zeer jonge – voetballers die hij onder zijn hoede heeft, laat zich raden.

Maar het meest stoor ik me aan zijn ronduit kinderachtige optredens, zowel langs de lijn als tijdens persconferenties. Als het niet precies verloopt zoals hij wil, wordt hij nukkig, gepikeerd en verongelijkt. Hij lijkt er plezier in te hebben anderen in hun hemd te zetten maar heeft zelf extreem lange tenen. Als een verwende peuter mokt en zeurt hij totdat hij zijn zin krijgt. En o wee als dat niet gebeurt. Als het Mourinho onverwacht tegenzit, raakt zijn opgeblazen ego helemaal de weg kwijt. Hiertegen afgezet is zelfs de zuurste azijnpisser nog een toonbeeld van positiviteit.

Het lijkt alsof The Special One niet in staat is zichzelf en zijn team eerlijk te beoordelen. Als het goed gaat, komt dit uiteraard door zijn briljante ingevingen. Maar als het fout gaat, lijkt hij nooit verantwoordelijkheid te nemen. Altijd zoekt hij de schuld bij anderen. In psychologische rapporten zou dit als “externaliserend gedrag” worden benoemd, iets dat ik in mijn beroep als officier van justitie altijd een zorgwekkend signaal vind.

Als het al niet de arbitrage is die nodig naar de ogendokter moet, is het wel de deplorabele staat van het veld. En mocht het dat niet zijn, dan is het wel de pers die het gedaan heeft. Als een echte dictator vindt The Special One dat wie niet voor hem is, dús tegen hem is.

Afgelopen augustus speelde hij het tijdens de openingswedstrijd tegen Swansea klaar om zijn eigen clubarts, de even mooie als geliefde Eva Carneiro, publiekelijk te schofferen door haar met onmiddellijke ingang van haar verplichtingen te ontheffen. En dat terwijl zij alleen maar op aangeven van de scheidsrechter het veld in moest komen om een geblesseerde Chelsea-speler te verzorgen. Dat was in de slotfase van de wedstrijd (het stond 2-2) waarin Chelsea met tien man speelde. Doordat de verzorging buiten de lijnen moest plaatsvinden, stond de club even met negen man in het veld. Onze Portugese potentaat wist echter zeker dat zijn eigen speler niet behandeld hoefde te worden. “Je moet de sport wel begrijpen, zelfs al ben je materiaalman”, foeterde hij na afloop. Met zo’n vriend heb je geen vijand meer nodig.

Als coach van Real Madrid, aartsrivaal van “mijn” FC Barcelona, slaagde hij er zelfs in mij alleen al via televisiebeelden het bloed onder de nagels vandaan te halen.

Voorwaar een hele prestatie.

© Pascale Bruinen

The Normal One (1)