Tijdelijk gesloten wegens verbouwing

Wie pubers thuis heeft, zal beamen dat zij vaak in een omgedraaide wereld lijken te leven. Logica is ver te zoeken; wat vroeger heel gewoon was, is nu off limits en de enigen die hun onsamenhangende verhalen begrijpelijk vinden, zijn zij zelf. Ik betrap me erop dat ik een paar keer per dag zo’n moment heb dat ik niet weet wie er nu gek is, mijn puber of ik. We zitten niet op verschillende planeten maar in compleet andere melkwegstelsels.

De reden voor al dit fraais? Hun brein is tijdelijk gesloten wegens verbouwing en wel eentje die in het ergste geval zo’n dikke zes, zeven jaar kan duren. Zo creëer je meteen een nieuw programma. Wat te denken van “Help, mijn puber is klusser!”, “Van probleemgeval tot droompuber” of “Red mijn puberverbouwing”? Aan inspiratie geen gebrek. Ik hoef alleen maar om me heen te kijken, goed te luisteren en iedere puberale oprisping meteen op te schrijven om zo een paar scènes te hebben.

Scène 1: dochterlief werkt als vakkenvuller en vertelt over de man die de baas is over de vulploeg.

Ik: “Is dat een jonge man?”

Dochter: “Nee”.

Ik: “Hoe oud is hij dan?”

Dochter: “In de twintig”.

En bedankt.

Scène 2: ik heb een discussie met dochterlief over hoe lang je ballerina’s door kunt  dragen.

Ik: “Dan doe je als het kouder wordt toch een pantykousje in je ballerina’s?”

Dochter: “Nee, dat wil ik niet, die zijn glanzend”.

Ik: “Niet altijd, die zijn er ook in mat”.

Dochter: “Mat is ook glanzend”.

Tja.

Scène 3: zoon reageert op opmerking dochter die meldt dat ze blokuren heeft waarbij ze hetzelfde vak twee uur achter elkaar in hetzelfde lokaal heeft.

Zoon: “Het is veel chiller om verschillende vakken achter mekaar te hebben”.

Ik: “Hoezo?”

Zoon: “Als je van les wisselt, wissel je tenminste van lokaal en zijn zo al tien minuten om!”

Ik: “Dan zijn er nog steeds 40 minuten over”.

Zoon: “Maar niet als je tegen het einde ook nog even naar de WC gaat!”.

Tegen zoveel naakte ambitie kan ik niet op.

Los van dit soort hoogstaande dialogen moet er ook nog opgevoed worden. Zodra ik een dappere poging daartoe doe, word ik de laatste tijd door mijn pubers steevast ge-eyeballed.  Oftewel de ogen worden – half geloken – dramatisch ten hemel geslagen als non-verbaal teken dat ik totale bullshit uitkraam. Als ze tenminste niet al schouderophalend de kamer hebben verlaten midden in een van mijn preken. En ja, natúúrlijk laat ik ze onmiddellijk terugkomen en hef ik mijn “Jij-loopt-niet-weg-als-ik-tegen-je-praat”-speech aan. Compleet met priemende wijsvinger. En ja, uiteráárd horen ze dit totaal ongeïnteresseerd aan omdat ze ieder woord zelf al uitspreken nog voordat ík het heb kunnen zeggen.

Bijzonder knap is dat pubers, ondanks hun interne verbouwing, het multi-tasken toch tot kunst hebben weten te verheffen. Zo vindt mijn zoon de ultieme ontspanning door te laptoppen met de muziek aan terwijl achter hem (!) de tv loeit. Of doet mijn dochter met één hand mascara op terwijl ze met de andere hand blind een what’s app bericht typt op haar gsm. Ik doe het ze niet na. Niet dat ik niet weet hoe ik met één hand mascara op moet doen, maar vooral omdat ik nog steeds geen clou heb hoe ik moet what’s appen. Maar dat terzijde.

De verbouwingswerkzaamheden zorgen er ook voor dat mijn pubers niet vooruit te branden zijn. Dit in pijnlijke tegenstelling tot vroeger toen ze altijd lekker buiten aan het rennen en ravotten waren. Het bed is nu hun beste vriend. Daar storten ze zich – mét hun onafscheidelijke smartphone – op zodra ze thuis komen, maken ze huiswerk en zappen ze eindeloos langs alle tv-kanalen terwijl ze de laptop op schoot hebben.  Of om met Fabulous Mama Magazine te spreken: het leven was een stuk gemakkelijker toen apple en blackberry nog alleen maar vruchten waren.

Dat dit soort puber-toestanden niet tot Nederland beperkt blijven, blijkt als we afgelopen zomer bij Catalaanse vrienden logeren. Die hebben een veertienjarige puberzoon die hun met zijn ledigheid af en toe tot wanhoop drijft. Terwijl zij zich iedere dag een slag in de rondte werken, moeten ze bij thuiskomst lijdzaam toezien hoe zoonlief alleen maar op de bank tv ligt te kijken of te playstationen. Wat hem prompt de titel “Koning van de Sofa” oplevert.

Hij is er nog trots op ook.

© Pascale Bruinen

Gelukkig is de verbouwing op een gegeven moment ein-de-lijk achter de rug. En als de stofwolken zijn opgetrokken, zou het zomaar kunnen dat je puber ineens wel aanspreekbaar is en zowaar kan plannen, organiseren en gevaren kan inschatten.  Nu bevestigt de uitzondering altijd de regel, dus ik ben benieuwd wie pubers heeft die hoegenaamd geen last hebben van verbouwingsperikelen?