Een 180 graden draai

In mijn boek Het jaar van de uil omschrijf ik hoe ik na de dood van mijn vader in een diepe put beland. Kort hierna vinden er allerlei bijzondere gebeurtenissen plaats die uiteindelijk uitmonden in een intense spirituele ervaring. Deze heeft mijn hele leven op de kop gezet en er zelfs toe geleid dat ik per 1 januari 2016 mijn vaste baan als openbaar aanklager heb opgegeven om mijn schrijvershart te kunnen volgen.

Iedereen die mij eerder zou hebben voorspeld dat ik – ultranuchtere officier van justitie – ooit iets met spiritualiteit zou krijgen, had ik voor gek verklaard. Ik had er niks mee en geloofde eenvoudigweg niet in ‘wonderen’ of anderszins onverklaarbare verhalen, vooral niet als die te maken hadden met ‘tekens van gene zijde’. Daar was ik zelfs wars van, overtuigd als ik was dat mensen die een groot verdriet moesten trotseren zichzelf wellicht (uit zelfbescherming en dus met de beste bedoelingen) van alles wijsmaakten om zich getroost te kunnen voelen.

Ik was er juist trots op dat ik daar ‘niet in trapte’ vanwege mijn realistische en zakelijke houding. Mijn motto? Eerst zien, dan geloven. En dus geloofde ik niets totdat ik er onomstotelijk bewijs voor had.

Tot dat gedenkwaardige moment had ik mijn hele werkzame leven in een juridische omgeving verkeerd, eerst als advocaat en daarna als officier van justitie. Een heel interessant en betekenisvol milieu waarin ik, met mijn logisch en analytisch denkvermogen, prima tot mijn recht kwam.

Als advocaat van de eisende partij was ik er altijd op uit om het gestelde te staven. Niet voor niets zegt de gevleugelde uitdrukking: ‘Wie eist, bewijst!’ Na mijn overstap naar het Openbaar Ministerie werd deze professionele neiging om alles te moeten bewijzen zo mogelijk nog verder aangewakkerd. Want als officier van justitie was het immers mijn core business om het wettige én het overtuigende bewijs te leveren voor de strafbare feiten die ik aan een verdachte verweet. Er mocht geen greintje twijfel zijn, anders resulteerde de strafzaak immers in een vrijspraak.

Zodoende was ik beroepshalve dag in, dag uit, al meer dan een kwart eeuw lang, op zoek naar keiharde en onweerlegbare aanwijzingen dat iets absoluut klopte. Vind je het dan gek als ik verklap dat ik niets voor waar aannam totdat ik er sluitende objectieve argumenten voor had?

Maar dan gebeurt er in mijn privéleven iets dat zó bijzonder is, dat het mijn vertrouwde en overzichtelijke wereld op zijn grondvesten doet schudden en mij voorgoed verandert.

Sindsdien geloof ik op voorhand alles totdat het tegendeel is gebleken.

© Pascale Bruinen

Deze column is op 12 september 2016 verschenen als blog op http://www.inspirerendleven.nl.

unknown-1

De dag die ik wist dat zou komen (1)

Het is zover. De “dag die ik wist dat zou komen” is gearriveerd. Mijn allermooiste en dierbaarste Catalpa wordt vandaag gerooid.* Niet omdat hij ziek is, maar juist omdat hij heel gezond en dus erg sterk is. Zijn majestueuze gestalte heeft, ondanks (of dankzij?) jaarlijkse snoeibeurten, geleid tot een zodanige wortelgroei dat hij meer dan de helft van onze achtertuin ontwricht.

Natuurlijk zag ik het al langer aankomen. Al een paar jaar geleden viel me op dat de bestrating her en der omhoog kwam. Sommige stukken werden schots en scheef. Maar niemand mocht aan mijn boom komen. Want dit is de boom waar twee jaar geleden een echte uil in heeft gezeten, een moment dat mijn hele leven op de kop heeft gezet. ** Hem weg laten halen omdat hij wat stenen omhoog duwde was ondenkbaar.

Tot een maand of twee geleden, toen ik nietsvermoedend de deur van ons schuurtje wilde openen en niet verder kwam dan een centimeter of dertig. Toen ik geschrokken naar de grond keek, zag ik dat de bestrating ook hier omhoog kwam. Slechts met de grootste moeite kon ik nog de schuur binnen.

Met angst in mijn hart bel ik een boomchirurg. Als die komt kijken, heeft hij geen goed nieuws. Het wortelgestel is zo wijd vertakt, dat hij al dichtbij de fundering van het huis zit. Snoeien helpt niet meer, hij moet eruit. Als hij mijn blik van ontzetting ziet, worden zijn ogen zachter. “U zou er voor kunnen kiezen om het nog een paar maanden uit te stellen. Maar daar lossen we het probleem niet mee op”.

Ik voel dat ik dreig vol te schieten, dus haast ik me naar binnen. Door de gesloten achterdeur hoor ik Han in het kort uitleggen waarom deze boom zo belangrijk voor me is. Door een waas zie ik hem begrijpend knikken.

In de weken erna maak ik foto’s van mijn boom, bewaar ik de bladeren die hij gewillig laat vallen en kan ik minutenlang dromerig staren naar zijn prachtige vorm. Mentaal ben ik al een hele tijd afscheid van hem aan het nemen. Ik zie er als een berg tegenop, daarom wil ik het liever achter me hebben. Maar we moeten eerst een nieuwe boom uitkiezen. Het duurt een hele tijd voordat ik daar zin in heb, het voelt als verraad. Ik wíl immers geen andere, ik wil alleen maar deze.

Maar uiteindelijk hebben Han en ik een klik met een hele mooie Acer Rubrum (Red Sunset), die de ondankbare taak heeft een waardige vervanger van mijn Catalpa te worden.

Dus is de boomchirurg vandaag terug, maar dit keer met een kettingzaag. Eigenlijk wilde ik helemaal niet thuis zijn als het gaat gebeuren, maar kennelijk moet het zo zijn. Han wenkt me naar buiten en ik raak aan de praat met de man. Hij heeft een hele zachtaardige uitstraling. In zijn ogen zie ik dat hij echt om bomen geeft en dat ik eigenlijk niets hoef uit te leggen. Dit is een man naar mijn hart.

Hoe anders dan die Ziggomonteur die laatst hier was en bij het zien van mijn prachtige orchideeën plompverloren vertelde dat hij “helemaal niets” had met bloemen. Volgens Deepak Chopra, arts, spiritueel leider en bestsellerauteur, is ieders spirituele pad perfect. Bij dat van de Ziggomonteur plaats ik desalniettemin de nodige vraagtekens.

“Bomen zijn levende wezens. Mensen die één zijn met de natuur voelen dat tot diep in hun binnenste. Dat is alleen maar mooi. Laatst nog was ik bij een mevrouw waar een notenboom stond die ziek was. Die boom had haar overleden man nog geplant. Zij was ook erg emotioneel toen die weg moest. Ik doe dat met respect”, zegt mijn nieuwe held.

Ik geloof hem en voel me op slag rustiger worden.

Maar toch vrees ik het moment dat hij de zaag ter hand zal nemen.

© Pascale Bruinen

*Zie column “Botox Boom”

** Zie columns “Jaar van de Uil (1) en (2)”

 

IMG_8294

Volgende week lees je hoe het mij verder is vergaan…